JEZUS CHRISTUS ZEGT ... IK BEN HET LICHT van de WERELD
Wie Mij volgt, zal nooit in de duisternis wandelen, maar hij zal het Licht van het Leven hebben !
Vraag 11
Is het Oude Testament niet meer geldig?
Het Oude en Nieuwe Testament vormen ÉÉN BOEK en zijn beide geldig en beide spreken van/over Jezus Christus spreken, niet alleen het Evangelie of Nieuwe Testament.
Voordat we verder gaan, stellen we voor om het verhaal uit Lukas 24 (v 13-27) te lezen over twee discipelen van Jezus op weg naar Emmaus op de dag dat Jezus uit het graf opstond, maar zij het nog niet wistten. Lees wat hieronder wat hen overkwam!
Twee teleurgestelde discipelen op weg naar Emmaus
"Diezelfde dag gingen twee leerlingen op weg naar een dorp ongeveer twaalf kilometer van Jeruzalem. Het heette Emmaüs. Ze spraken met elkaar over alles wat er gebeurd was. Terwijl ze daar zo over aan het praten waren, kwam Jezus zelf bij hen en liep met hen mee. Maar ze herkenden hem niet, verblind als ze waren.
‘Waarover lopen jullie te praten?’ vroeg hij hun.
Somber bleven ze staan.
Een van hen, Kleopas, antwoordde: ‘U woont in Jeruzalem, en zou als enige niet weten wat daar de afgelopen dagen gebeurd is?’‘Wat dan?’ vroeg hij.
‘Wat er gebeurd is met Jezus van Nazaret,’ zeiden zij. ‘Die man was een profeet. Voor het oog van God en van het hele volk zei en deed hij dingen die van grote macht getuigden. Onze opperpriesters en leiders hebben hem uitgeleverd om hem ter dood te laten veroordelen en hebben hem aan het kruis laten slaan. En wij hoopten dat hij het was die Israël zou bevrijden! Maar inmiddels is het alweer de derde dag sinds dat gebeurd is. Wel hebben enkele vrouwen van onze groep ons in verwarring gebracht. Ze zijn vanmorgen vroeg naar het graf gegaan en hebben zijn lichaam niet gevonden. Ook zeiden ze dat er engelen aan hen waren verschenen die vertelden dat hij leeft. Een paar van ons zijn toen naar het graf gegaan; en het was zoals de vrouwen gezegd hadden. Maar hem hebben ze niet gezien.’
Toen zei hij tegen hen: ‘Wat zijn jullie toch dom, wat aarzelen jullie toch om te geloven wat de profeten allemaal gezegd hebben! Moest de Christus dat alles niet lijden om zijn glorie binnen te gaan?’ En hij legde hun uit wat er over hem in de hele Schrift staat, te beginnen bij Mozes en al de profeten."
We hebben de laatste regels met rood gemarkeerd, omdat ze zo duidelijk laten zien dat wat Jezus ons onderwijst, klopt met wat we hierboven zeiden. De boeken van Mozes en de profeten getuigen van Hem op tal van manieren. Denk alleen al aan de geschiedenis van Abraham's zoon Isaäk die uiteindelijk niet geofferd werd omdat God zelf in een lam zou voorzien. Begrijp je nu wie het Lam van God is? Dat is Jezus!
Op deze en vele andere manieren getuigt het Oude Testament (dat al bestond voor Jezus geboren werd) vooraf van Jezus Christus. En ook het Nieuwe Testament beschrijft wie Jezus was en hoe Hij was toen Hij op aarde leefde en het spreekt ook ook over zijn terugkomst en hoe we moeten leven in afwachting van zijn terugkomst of wederkomst.
De term 'Oude Testament' betekent niet dat het geen betekenis meer zou hebben of dat het verouderd zou zijn en dus niet meer betrouwbaar of belangrijk voor de gelovigen. Het woord 'testament' moeten we opvatten als 'een verbond' (of 'overeenkomst') tussen God en de mens. Het Oude Testament beschrijft God's verbond met Mozes en Israël dat zij de Wet van God zouden navolgen en gehoorzamen zoals die aan Mozes gegeven was op de berg. Dit is dus het oude verbond ofwel het oude testament. Het volk Israël heeft haar belofte om de Wet na te volgen en te gehoorzamen niet waargemaakt. De Wet was goed en het Oude Verbond was goed, maar het volk faalde keer op keer in het nakomen en gehoorzamen ervan, door de zondigheid van het menselijk hart. Misschien ben je het er niet mee eens dat we schreven "van het menselijk hart" en zeg je dat we hadden moeten schrijven "van het hart van de Joden". De Bijbel zegt echter dat alle mensen gezondigd hebben en de heerlijkheid van God missen. Zelfs de mensen uit de Rif zouden het niet beter hebben gedaan dan de Israëlieten. Alle mensen hebben gezondigd vanaf Adam af en missen (ontberen) de heerlijkheid van God.
Met andere woorden: het Oude Verbond/Testament leidt tot de dood want het loon van de zonde is de dood (denk maar aan Adam en Eva). Dus 'oud' betekent eigenlijk dat het niet werkte door onze zonde. De Bijbel zegt "het loon dat de zonde geeft, is de dood" (Romeinen 3:23).
Maar we laten we God loven en eren omdat Hij met Abraham al een eerder of hoger of nieuwer verbond op basis van het geloof had gesloten Hierover lezen we in de Bijbel in een brief van de apostel Paulus aan de gelovigen in Galatië (in het tegenwoordige Turkije, waar toen nog geen Turkse volken woonden):
Geloof of het houden van de Wet
" Kijk naar Abraham: hij geloofde God en God verklaarde hem daarom rechtvaardig. Dus u ziet: kinderen van Abraham zijn zij die geloven. De Schrift voorzag dat God de niet-Joden door het geloof zou rechtvaardigen. Daarom heeft ze aan Abraham toen al het grote nieuws bekendgemaakt: In u zullen alle volken worden gezegend. Wie geloven, delen dus samen met de gelovige Abraham in de zegen.
Allen die hun heil verwachten van de naleving van de wet, zijn het voorwerp van vervloeking. Want de Schrift zegt: Een vloek zal rusten op iedereen die zich niet werkelijk houdt aan alles wat in de wet staat. Maar dat niemand zich met behulp van de wet tegenover God kan rechtvaardigen, is duidelijk door de uitspraak: De rechtvaardige zal leven door het geloof. En bij de wet komt het niet op geloven aan, want, zo staat er: Wie doet wat in de wet staat, die zal leven.
Maar Christus heeft ons van de vloek van de wet vrijgekocht door voor ons een vervloekte te worden. Want er staat geschreven: Een vloek rust op iedereen die aan een paal is gehangen. Zo kunnen door Jezus Christus de niet-Joden delen in de zegen van Abraham, en zo kunnen wij door te geloven de beloofde Geest ontvangen."
De Wet en de Belofte
"Broeders en zusters, ik geef een voorbeeld uit het dagelijkse leven: zelfs bij de mensen kan al niemand een rechtsgeldig testament verbreken of er iets aan toevoegen. Nu heeft God zijn belofte gedaan aan Abraham en aan zijn nakomeling. Het staat er niet in het meervoud: ‘aan nakomelingen’, maar in het enkelvoud: ‘en aan uw nakomeling’, en die nakomeling is Christus. Ik bedoel dit: God heeft een rechtsgeldig testament gemaakt en een wet van vierhonderddertig jaar later kan dat testament niet ongedaan maken, zodat die belofte niet meer zou gelden. Als de erfenis afhankelijk was van de wet, zou ze het niet zijn van de belofte. Maar God heeft juist door een belofte te doen zijn gunst aan Abraham bewezen.
Waarvoor dient dan de wet? De wet is later ingevoerd om de overtredingen aan het licht te brengen, en bedoeld als een tijdelijke maatregel tot de komst van de nakomeling aan wie de belofte gedaan was. De wet werd gegeven door engelen door tussenkomst van een bemiddelaar. Maar een bemiddelaar vertegenwoordigt niet slechts één persoon; God echter is één.
Druist de wet dan in tegen Gods beloften? Geen sprake van. Als er een wet ingevoerd was die leven kon geven, zouden de mensen inderdaad op grond van de wet rechtvaardig kunnen worden. Maar de Schrift heeft heel de mensheid opgesloten in de gevangenis van de zonde, zodat zij die geloven de beloofde gave zouden krijgen, op grond van het geloof in Jezus Christus.
In de tijd die aan het geloof voorafging, zaten wij opgesloten, bewaakt door de wet, in afwachting van het geloof dat nog geopenbaard moest worden. De wet is voor ons dus een oppasser geweest totdat Christus kwam en wij door het geloof zouden worden gerechtvaardigd. Maar nu het geloof is gekomen, hebben we niet langer een oppasser nodig, want u bent allemaal kinderen van God door het geloof in eenheid met Christus Jezus. De doop heeft u allen met Christus verenigd; u hebt Christus aangetrokken als een kledingstuk. Het doet er niet meer toe of u Jood bent of Griek, slaaf of vrij mens, man of vrouw. Want samen vormt u een eenheid in Christus Jezus. Als u Christus toebehoort, bent u nakomelingen van Abraham en deelt u in de beloofde erfenis."
Het eerste Bijbelboek (Genesis) spreekt ons over Abraham en van de instelling van het verbond op basis van het geloof, waarbij aan Abraham 'een zaad' werd beloofd. Dit verbond was al in werking voordat de Wet aan Mozes werd gegeven.
De belofte moet bij ons het geloof in God opwekken. De vervulling van God's belofte aan Abraham is Jezus Christus, want Hij is het die Abraham's zoon Isaäk vervangt als Hij verzoening brengt tussen God en de mens door zichzelf als een volmaakt offer voor onze zonde aan God te brengen door het kruis. Hij is het Lam van God dat de zonde van de wereld wegneemt.
In Jezus Christus hebben we een NIEUW verbond/testament met God dat ons leven geeft door het geloof in Jezus Christus. In Hem ontvangen wij de belofte van het eeuwige leven, dat we in het paradijs verloren. Dit verbond was al in werking in God's hart en verstand voordat de hemelen en de aarde gemaakt werden. De Wet van Mozes is hier niet mee in tegenspraak, want God spreekt zichzelf niet tegen of verandert zijn woorden niet. Maar de Wet maakte ons - om het zo maar te zeggen - als het ware nog zondiger dan we al waren, omdat we de Wet niet navolgden.
Lees hieronder wat Jezus over zijn dood zegt in Johannes 12:24
" Ik verzeker u: als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij slechts één graankorrel. Maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort."
Als jij en ik 'onszelf doden' door niet langer op onszelf te vertrouwen, maar integendeel op Jezus Christus, die voor jou en mij aan het kruis gestorven is om een leven vol van zonde en ongeloof weg te nemen (... of denk je dat wij het beter zouden doen onder de Wet dan de Joden deden?), dan zal dit ' oude' (dat is zondige en vruchteloze) aangeboren karakter van de mens worden weggedaan door Zijn kruis. Door ons vertrouwen op Christus te stellen, wordt die 'oude mens' binnen in ons begraven met Jezus in Zijn graf zodat we met Hem ook zullen opstaan en een NIEUW leven mogen beginnen door het geloof in Hem, nu al vandaag.
Als we begrepen hebben dat er maar ÉÉN boek van God is, de Bijbel, dan moeten we daaruit leven en het dagelijks lezen zolang het kan. We besluiten met twee citaten, één uit de brief van de apostel Paulus aan Rome die uit Joden en niet-Joden bestond)
"Want alles wat vroeger in de Schrift is opgeschreven, is geschreven om ons iets te leren. Dankzij de volharding en de bemoediging die wij eruit putten, zijn wij vol hoop." (Romeinen 15:4)
en één van de apostel Petrus die het volgende aan de gelovigen schreef
"Ik schrijf u nu voor de tweede maal, geliefden. In beide brieven probeer ik u tot heldere gedachten te brengen, door u te herinneren aan wat de heilige profeten vroeger al hebben gezegd, en aan het gebod van de Heer en redder, dat de apostelen u hebben doorgegeven." (2 Petrus 3:1,2)
Let op, beide apostelen schreven brieven die onderdeel uitmaken van wat we de vierde verzameling boeken van de Bijbel hebben genoemd en we lezen dat beide apostelen daarin schrijven dat we nauwkeurig aandacht moeten schenken aan wat tevoren geschreven is in de eerste drie verzamelingen van boeken die deel uitmaken van God's Woord, de Bijbel. De hele Bijbel spreekt van God's liefde voor deze wereld in het zenden van zijn Zoon en hoe Hij ons daarop stap voor stap heeft voorbereid door de eeuwen heen en hoe uiteindelijk alle dingen in de hemelen en op de aarde onder de regering van Jezus Crhistus zullen gebracht worden tot zijn eer en glorie!